vārdnīca hindu valoda - holandiešu

हिन्दी, हिंदी - Nederlands, Vlaams

दूर holandiešu valodā:

1. weg


Wil je weg?
Banden verslijten door de wrijving tussen het rubber en de weg.
Het heeft niks met mij te maken, staat gelijk aan dat ik hier niet hoef te zijn. Daarom ga ik hier weg, ongeacht wat er gezegd zal worden.
Daarna ging ik daar weg, maar ik kwam er achter dat ik mijn tas vergeten was.
Liefde heeft ontegensprekelijk vleugels om weg te vliegen van de liefde, maar even ontegensprekelijk is het dat ze ook vleugels heeft om terug te vliegen.
Ik krijg nooit eens de gelegenheid om ook wat in te brengen, want Emma maait steeds het gras voor mijn voeten weg.
Waar ben je precies, Dima?! vroeg Al-Sayib, terwijl hij een handdoek pakte om de gemorste Fanta weg te vegen.
Wat een kinderen! Je stuurt ze weg om snoepjes, en ze komen terug met een hond!
Ik ben de weg kwijt. Wilt ge mij alstublieft helpen?
Alle kleur trok weg uit zijn gezicht.
Mag ik even bij dit kastje? Je staat een beetje in de weg.
Ze zijn eindelijk begonnen die weg opnieuw te asfalteren. Het werd ook tijd, zeg! Je kon er alleen nog zigzaggend fietsen als je geen slag in je wiel wilde krijgen van de gaten in het wegdek.
Later, toen ze weg waren gegaan, was er geen levende ziel meer te bekennen op de kade, de stad met zijn cipressen leek totaal uitgestorven, maar de zee bruiste nog en sloeg tegen de kust.
Als ze je niet ontvangen en niet luisteren naar je woorden, ga dan weg uit dat huis of die stad en stamp het stof van je voeten.

2. ver


Houd u ver van slechte vrienden.
Het huis dat ik gekocht heb ligt ver van het centrum.
Zuid-Afrika is ver weg.
Het is ver van hier.
Ik ben ver van de boom af.
Wat je van ver haalt, is lekker.
Van ver gezien lijkt het op een bal.
Van ver bekeken is ze een schoonheid.
Enkel diegenen die het risico nemen om te ver te gaan, weten tot hoever ze mogen gaan.
Hij heeft ver en vaak gereisd.
De Melkweg is zichtbaar als een gigantische band van ver verwijderde sterren, elk op zich een zon zoals onze eigen zon.
Jim is geneigd om te ver te gaan.
Zijn slag kwam niet ver.
Geluk moet je niet ver gaan zoeken: het zit in je eigen hoofd!
Vorm een rij die één meter ver is van de rij voor jou.