vārdnīca poļu - holandiešu

język polski - Nederlands, Vlaams

umysł holandiešu valodā:

1. gedachten


Woorden drukken gedachten uit.
Is dat wat je in gedachten hebt?
Ik kan gedachten lezen.
Ik was er niet bij met mijn gedachten.
Tijdens de hele reis waren mijn gedachten bij u.
De gedachten zijn vrij.
Half vergeten muziek danste door zijn gedachten.
Hij is met zijn gedachten elders.
De omstandigheden van ons leven worden veroorzaakt door onze gedachten.
Wat heeft u van gedachten doen veranderen?
Gedachten worden uitgedrukt met woorden.
Dat is niet precies wat ik in gedachten had.
Ik hou er niet van als wiskundigen die veel meer weten dan ik hun gedachten niet duidelijk kunnen uitdrukken.
Ik ben blij uw gedachten over dat onderwerp te horen.
Druk uw gedachten duidelijk uit.

2. geest


De grote vraag, die nooit beantwoord is, en die ik ondanks dertig jaar studie van de vrouwelijke geest nog niet kan beantwoorden, is: "Wat wil een vrouw?"
Ondanks zijn leeftijd was hij nog jong van geest.
In een gezond lichaam huist een gezonde geest.
De geest is gewillig, maar het vlees is zwak.
Hij is wel oud, maar zijn geest is jong.
Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen.
Een tevreden geest is meer waard dan grote winst.
De mijnwerker vroeg de geest uit de lamp om een gelukkig leven.
Spijtig! Hij was een goede professor. God zegene zijn geest!
Na wat gepimpel is de geest wat simpel.
Als mensen ziek zijn, zullen ze zich bang en bezorgd voelen. Ze voelen dat ze de geest kunnen zien.
Zalig de armen van geest.

3. Brein


Computers worden vaak vergeleken met het menselijk brein.
De structuur van het brein is complex.